De vierde pelgrimage 14 – 21 september van groep Jong van Geest op oude paden

Zeven dagen lopen van Bercianes del Real Camino tot Villafranca del Bierzo. Na een
enerverende pelgrimstocht van zeven dagen, met gemiddeld 26 km per dag, over bergen en
dalen, door pittoreske eeuwenoude dorpjes, zijn we aangekomen bij Villa Franca del Bierzo.
We kregen al een voorproefje van de provincie Galicië waar we langzaam doorheen trekken.
Donderdagmorgen om 6.00 uur stonden we bij de kerk klaar om af te reizen. Verschillende
mensen waren daar ook op dit vroege tijdstip om ons uit te zwaaien. Zoveel mensen die met
ons meeleven en ons volgen. Dat is echt leuk. De kerkdeuren waren voor ons geopend. Dat
gaf ons de gelegenheid om nog even een kaarsje bij Maria te branden en de groepsfoto hebben
we ook bij het Mariakapelletje gemaakt.
Na een goede vlucht stond in Madrid de bus al klaar om ons te brengen naar Bercianes del
Real Camino, de plaats waar we vorig jaar zijn geëindigd. Een busreis van ruim 4 uur.
Marta de eigenaresse kwam gelijk naar buiten om ons allemaal een knuffel te geven. Ze was
ons nog niet vergeten. Na ons bed klaargemaakt te hebben genoten we van onze eerste
pelgrimsmaaltijd. Vroeg naar bed want morgen gaan we vroeg van start.
Routes
14-09: uur vliegen we van Amsterdam naar Madrid
15-09: Route 18b/19 Bercianos del real Camino – Mansilla 26,3 km 6 uur
16-09 Route 19 Mansilla – Leon 19,8 km 4 ½ uur
17-09 Route 20/21 Leon – Hospital de Órbigo 38 km 8 ½ uur
18-09 Route 21 Hospital de Órbigo – Astorga 19,8 km 4 ½ uur
19-09 Route 22 Astorga – Foncebadón 27,2 km 6 ¼ uur
20/09 Route 23 Foncebadón – Ponferrada 27,2 km 6 ¾ uur
21/9-09 route 24 Ponferrado – Villafranca de Bierzo 25 km 6,5 uur
En… toen een lange busreis naar airport Madrid om ons vliegtuig te halen naar Amsterdam.

Een verslag van een boeiende week
Er waren veel Pelgrims van over de hele wereld en de Rifugio’s waren dan ook overvol. Het
zijn slaapzalen met stapelbedden. In de Rifugio kun je ook vaak een smakelijke voedzame
pelgrimsmaaltijd opgediend krijgen. Drie gangen met wijn en water voor 11 euro!
Het is erg basic en het moet allemaal even wennen maar het heeft wel wat. En als je dan
thuis weer onder je eigen douche staat en in je eigen bedje ligt dan ben je je weer eens
bewust van de luxe om je heen.  
Als pelgrim
Is het verlangen om onderweg te zijn, om op pad te gaan, om iets nieuws in de wereld of in
onszelf te ontdekken.
Verschillende keren werd onderweg de vraag gesteld wat brengt jullie samen?
Het zijn nieuwe vormen binnen onze parochie van gemeenschapsvorming en uit de groepen
die lopen ontstaan allemaal nieuwe initiatieven die de gemeenschap versterken binnen ons
dorp.

Hoogtepunten
De vele kerken, Hermitages en kapellen waren meestal open en vaak zat er wel iemand om
een stempel in je pelgrimspaspoort te zetten. Mooi dat die kerkvrijwilligers daar voor ons
zitten. We hebben minimaal 2 stempels per dag nodig om onze Credencial de Peregrino te
kunnen ontvangen bij het volbrengen van de tocht in Santiago de Compostella.
Het Cruz de ferro
Wat de meeste indruk op mij maakte was Cruz de Ferro. Na een klim van 15 minuten over
aarden paadjes kwamen we aan bij het beroemde Cruz de Ferro (ijzeren kruis). Deze ligt op
een hoogvlakte van de Monte Irago. Het is een van de soberste, maar meest indrukwekkende
plekken aan de Sint Jacobsroute. Uit een grote hoop stenen steekt een lange slanke paal van
eikenhout, met daarop het kleine ijzeren kruis. We waren daar rond 8.15 uur. Het was voor
mij een bijzondere ervaring. Bij het aan komen lopen merkte je het al, er heerste een serene
stilte. Heel gek. Ik zag mensen in stil gebed. Anderen waren stil. Verweesd leek het wel.
Al sinds eeuwen leggen pelgrims een steen bij het kruis. Het gebed van de Cruz de Ferro
luidt: “Heer, moge deze steen, symbool voor mijn inspanningen op mijn bedevaart, die ik aan
de voet van het kruis van de Verlosser neerleg, eens, als over de daden van mijn leven wordt
geoordeeld, de weegschaal ten gunste van mijn goede daden doen doorslaan. Moge het zo
zijn“. Voor veel pelgrims betekent het ritueel ook het symbolisch afleggen van iets wat hun
ziel bezwaart. De steen moet in ieder geval van huis zijn meegenomen, niet kort tevoren zijn
opgeraapt! Dus er gingen steentjes mee uit De Noord die nu bij het beroemde kruis zijn
beland. Waarmee de pelgrims symbolisch hun zonden van zich afleggen en (letterlijk) verlicht
hun weg vervolgen.
De start van elke dag
Elke dag kregen we in de vroege morgen voor vertrek een opdracht mee en sloten af met een
Wees Gegroet en we wensten elkaar een Buen Camino waarna we van start gingen en ons
nieuwsgierig afvroegen wat deze dag ons zal brengen. Hoe moe je ’s avonds ook bent is er
elke morgen opnieuw het verlangen om onderweg te zijn, om op pad te gaan, om iets nieuws
in de wereld of in onszelf te ontdekken.
Onderweg op de pelgrimsroute!

  • vrijdag na 7 km wandelen in het plaatsje El Burgo Ranero hebben we heerlijk ontbeten.
    Daarna volgde een 13 km recht lang saai stuk. Alles behalve dat! Na kilometers lopen onder
    dreigende wolken en donders moesten de poncho’s worden getest. Met bakken kwam het uit
    de lucht en vooral de bliksem en harde donders waren voor velen beangstigend. Wat zijn een
    paar kilometers dan nog ver. Aangekomen in het dorpje Reliegos konden de poncho’s uit en
    de sokken moesten worden uitgewrongen.
    -zaterdag kwamen we in Leon aan. Omdat we nog te vroeg waren om ons te kunnen
    installeren in de rifigio togen we naar het plein. We zaten op een A-locatie t.o. de kathedraal
    ‘de Santa Maria de Leon’, we gebruikten daar de lunch met een glas witte wijn. Wel een
    beetje luxe voor een pelgrim. We waren beducht voor een hoge rekening maar die viel
    gelukkig alles mee.
    We waren getuige van een bruidspaar, dat op het punt stond de kerk te betreden om elkaar het
    Jawoord te geven, en van alle zeer deftig geklede gasten, die stuk voor stuk door ons werden
    besproken en bekritiseerd. Bijvoorbeeld over de zeer hoge hakken (soms een paar maten te
    groot).
  • zondag liepen we een lange route van 37/38 km. Op zondag is alles dicht. Zeker in de
    morgen als iedereen in de kerk zit. De voorste groep liet vlak aan de rand van de stad Leon een kraampje links liggen en liep door. Dat hebben ze geweten want pas na 20 km lukte het om iets te eten. De andere groep nam wel de tijd om te ontbijten toen er de gelegenheid voor was. Nu snappen we de uitdrukking ‘hardlopers zijn doodlopers’, want diezelfde groep kreeg onderweg hoosbuien waar de andere groep droog is overgekomen.
  • -op dinsdag hebben we ons ontbijt genoten 2 km voorbij het prachtige plaatsje Astorga. Een Nederlands stel runt daar een prachtige Rifigio. Deze dag hebben we afscheid genomen van Cindy. Zij is daar naar de dokter geweest voor een vrij forse ontstoken blaar.
  • waren de eerste twee dagen nog de uitlopers van de hoogvlakte nu zijn het weer bergen en
    wordt het landschap zoveel meer schilderachtig. We klimmen weer naar hoogtes van 818 meter naar 1439 meter. Het wordt steeds steiler en de ondergrond onregelmatiger. Je moet je pad zoeken, net zoals in het leven. De zon stond aan de hemel met af en toe een zuchtje wind en soms schaduw van bomen. ‘Vergeet niet achterom te kijken’, werd er af en toe geroepen. Wat een uitzichten. Raar om te
    bedenken dat we net zo hoog zaten als op de Pyreneeën. We kwamen aan in het dorpje Monte
    Irago met wel vier Rifigio’s, waar de tijd heeft stilgestaan. De helft van het dorp heeft geen
    weg. Om 19.00 uur was de voedzame pelgrimsmaaltijd. Precies op tijd kwamen de laatste
    lopers aan. Dus ze konden zo aanschuiven.
  • Woensdagmorgen vroeg hebben we voor vertrek ballonnen opgeblazen en gezongen voor
    Petra, die jarig was. Zo vroeg al worden toegezongen zal zij niet vaak hebben meegemaakt.
    Die dag kregen we na 2,5 km klimmen liefst 17 km dalen met stijle stukken, stenen, rotsen,
    keien. Best wel heftig.
  • We hoorden muziek, daar zat een vrouwtje met caravan en open haard met lekkere koffie en
    cake. Het leek wel een apres-skitentje. Daar hoog in de bergen. Een halve km verder was een
    bouwval van hout met een oude man die overal vlaggen had opgehangen met Maria van
    Fatima op een verhoging. Hij leefde daar met twee honden en je kon daar een stempel krijgen.
    Het was een mooie week waarin zoveel gebeurt van afzien, emoties, je verwonderen, maar
    bovenal zorgt het voor verbinding met elkaar en de parochiegemeenschap waar we deel van
    zijn. Die eenvoud, in verwondering staan, dat is misschien wel het caminogevoel.
    Optrekken met pelgrims uit de hele wereld, allemaal met een eigen reden/opdracht  maar met
    hetzelfde doel: op weg naar het graf van de heilige Jacobus in Santiago de Compostela. We
    hebben nog 175 km af te leggen. Volgend jaar is het zover.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *